De Kroeg [concept]
“David!”
Ik schrik op van mijn bureaustoel. Kennelijk ben
ik ingedommeld tijdens het lezen van de notulen van de bestuursvergadering. Blijkbaar
is mijn hulp beneden gewenst.
“David, Levi vraagt of je even kan bijspringen! Er
komen net een stuk of 40 dronken mensen van een of ander kerstdiner binnen en Marcel is
net roken. En je weet hoe Marcel is, dan is het sneller om…”
“Ja ja, ik snap het”, zeg ik.
Ik pak een werkshirt uit de kast en snel naar
beneden. Dan moet de knop altijd wel even om. Van kantoorwerk, besluitvorming,
consensus en de dilemma’s van potentiële prijsverhogingen in één keer omschakelen. Hop, de
trap af en ik draai de bocht om. Van stilte naar chaos in tien seconden. Een Formule
1-auto is er niks bij.
Levi knikt me vriendelijk toe, terwijl hij een
glas cola inschenkt voor een van de gasten. Ik denk niet dat er kortere knikjes
mogelijk zijn dan deze. Als ik net op het verkeerde moment met mijn ogen had
geknipperd had ik het gemist. Het doet me wel goed natuurlijk, zelfs zo’n
minuscule vorm van erkenning. Ik ben daar erg gevoelig voor.
Ik zet mijn standje barmanneritus aan en vraag vriendelijk of de aangeschoten dame ijs
in haar Baileys wil. Ze kijkt me wat verward aan. Ze heeft al betaald, dus ik
doe gauw één ijsklontje in haar tumbler, zet
het glas voor haar neer en ga snel naar de volgende gast. Of hij bier mag voor
het stapeltje muntgeld dat hij in mijn handen laat vallen. Tuurlijk, ik schat
snel af dat het ongeveer 10 euro is en ik begin de Amsterdammertjes te vullen. Ik
mats hem en rond het af op zeven stuks. Hij lijkt meer dan tevreden.
Marcel komt weer binnen.
Hij kijkt wat verward om zich heen waar al die
mensen vandaan komen, tapt een fluitje, schuimt hem af en zet hem neer voor
Mart, die al een tijdje aan het korte stuk van de bar zit. Hij is een van de
weinige fluitjesdrinkers die er nog zijn. Kennelijk heeft Marcel op het terras zitten dromen, want De Kroeg
heeft maar één ingang en daar zijn al deze mensen toch echt langs binnen
gekomen.
“Redden jullie het weer?”, vraag ik dan maar.
Levi knikt, een bijna onmeetbaar langere tijdsperiode
dan het vorige knikje. Ik neem weer de trap naar boven. Mijn eigen getapte biertje
– kennelijk toch een gewoonte als ik aan het tappen ben – zet ik naast mijn
computer. Toch nog maar even doorwerken. De bestuursvergadering zit me nog
dwars.
(te be continued...)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten